Home     Grasduinen     Over     Zoektips     FAQs     Disclaimer     Meertens Instituut         english

Nederlandse Liederenbank


SChoon Amaril,, wilt niet soo snellijck vluchten
Om mijnen t'wil,, in dese groen ghehuchten
Door mijn ghetraen,, sal ick dees linde groen
Seer wijt ontdaen,, met vocht besproeyen doen.
Mijn Schaepkens al,, gaen langhs de velden dolen,
Op het ghetal,, dat my was toe bevolen
En can ick niet,, gheletten want mijn hert
Door t'swaer verdriet,, is gans vervult met smert.
Ghelijck de Son,, verdooft het licht der sterren
Alsoo begon,, 'tghesicht my te verwerren,
Soo haest ick sach,, u helder ooghen strael,
Die met gheclach,, sijn d'oorsaeck van mijn quael.
Al mocht ick nu,, een Coninck-rijck be-erven,
En dat ick u,, schoon Nimph sou moeten derven
Ick sou den Throon,, gheheel verachten gaen
Rijckx-staf en Croon, en u trou nemen aen.
Hebt medoogh doch,, met mijn bedroefde clachten
Want gheen bedrogh,, en sult ghy van my wachten
Heeft Tyter oyt,, een Herderin vercracht
Sulckx en was noyt,, in my te doen ghedacht.
PRINCE.
Hoe cont ghy dan,, soo schichtich voor my vlieden
Al wat ick can, doet u mijn hert aen-bieden
Mijn hert en sin,, stel ick in uwe handt
D'welck om u min,, altijt in liefde Brandt.

Brande, Geeraerd vanden (auteur), Brandt in Liefde [naamspreuk] (auteur), [Poemata oft ghedichten van Geeraerdt vanden Brande vervattende sommighe liedekens Reffereynen ende Sonnetten]
1631
Antwerpen Stadsbibliotheek: C 41318 [C2-548 h]
fg1v

Transcriptie van liedtekst, naar bron, diplomatisch. Door Maartje De Wilde.