Home     Grasduinen     Over     Zoektips     FAQs     Disclaimer     Meertens Instituut         english

Nederlandse Liederenbank


XXXIII. WEET GIJ HOEVEEL.
Naar het Duitsch van Hey.
Volkswijs.

Weet gij hoeveel sterren kleven
Aan den blauwen hemelboog?
Weet gij hoeveel wolken zweven
Boven alle bergen hoog?
Al die duizenden tezamen,
Roept de Heer bij hunne namen.
En geen een ontglipt zijn oog,
En geen een ontglipt zijn oog.

2.
Weet gij hoeveel mugjes dartlen
In den heeten zonnengloed?
Weet gij hoeveel vischjes spartlen
In den zilvren watervloed?
Al die duizenden tezamen
Roept de Heer bij hunne namen :
't Is de Heere, die ze voedt.

3.
Weet gij hoeveel kindren rijzen
Uit hun bedjes ieder keer,
Opdat zij hun dank bewijzen
Aan dien trouwen Hemelheer?
Aan die duizend-duizendtallen
Heeft die God een welgevallen,
En ook u bemint Hij teêr.

NB. De laatste regel van elk couplet behoort herhaald te worden.

Schrijver van De mensch en de dieren (auteur), [Liefde, Jan de] (auteur), ZANGSTUKJES VOOR SCHOLEN EN HUISGEZINNEN. EERSTE STUKJE. VIJFDE DRUK.
[1895 c.]
p33

Gecorrigeerde OCR