|
|
1. Dag oudje, smaakt je pijpje goed Wat rookt die kop mooi door 't Is echte meerschuim naar het schijnt Zeg op, wat vraagt ge er voor 2. Die kop meneer is niet te koop Ik kreeg hem eens kado Op 't slagveld van mijn kapitein Die viel bij Waterloo
3. Dat ging er daar geducht op los Van 's morgens twaalf uur Tot 's avonds zonder nat of droog Toesjoer maar in het vuur
4. Kom vertel me dat een andere keer Toe geef me uw pijpekop Ik bied er een gouwe tientje voor Wat draalt ge, kom zeg op
5. Ik ben maar een arme man meneer En heb een klein pensioen Doch deed ge er duizend gulden bij Zou ik die ruil niet doen
6. Ik stond gelijk ik zei in 't vuur En naast mijn zij, o god Kreeg onze brave kapitein Vlak in zijn borst een schot
7. Ik ving hem in mijn armen op En bracht het gedrang hem uit Verbond zijn wond en zag met vreugd Zijn stromend bloed gestuit 8. Toen gaf hij mij deez pijpekop En ook een beurs vol geld Hij drukte mij voor 't laatst de hand En stierf gelijk een held
9. De beurs zo dacht ik, geef ik aan een arm gezin Wiens huis is afgebrand Maar deez pijpekop Komt in geen vreemde hand
10. Sinds jaren reeds bewaar ik hem Gelijk een relikwie Zo dikwijls ik mijn pijpje rook Is het of ik hem nog zie
11. Zo brave, hoe heette hij die kapitein Wij noemden hem steeds Beste Vaar Zijn naam was van der Klein
12.Ziet gij in het bos die gevelspits Dat slot, daar woonde hij Het was mijn vader beste vriend Dat huis behoort aan mij
13 Hebt gij mijn vader bijgestaan In de uren van zijn dood Kom met me mee En eet voortaan mijn brood
14. Is 't mogelijk heer, zijt gij zijn zoon En woont gij op zijn erf Ik ga met u mee Deez pijpekop krijgt gij eens, als ik sterf
| |
|
Dames Dings: opnamebestand (Anna van Gog - Dings en Jeannette van der Putten - Dings)
|
[1991-1999]
|
|
|
|
|
|