|
|
1. Hij liep maandenlang op de keien En de toekomst bood hem geen bestaan Zijn oudjes die hadden het amper Dus zo'n leegloper was niks gedaan Hij meldde zich als koloniaal aan 't Was uit wanhoop, en zette zijn poot Zij wuifden hem na van de kade En hij neuriede droef op de boot Refrein: Ver van alles waarvan ik heb gehouden Zwerf ik thans in alle eenzaamheid Die ik heb liefgehad Zal ik niet meer aanschouwen Vergeet mij niet maar denk van tijd tot tijd Een ogenblik aan mij, die in den vreemde lijdt
2. Zo deed hij z'n plicht vele jaren, Met z'n makkers in 't Indisch armee, En was tussen duizend gevaren Invalide geraakt in Atjeh. Met Kerstmis, met 't oude en 't nieuwe Voelde hij zich zo droef en alleen En telkens op Moeder's verjaardag, Zong hij mijm'rend en stil voor zich heen:
3. Hij was driekwart oud en versleten, Toen men hem zijn pensioentje aanbood, Toen kwam hij terecht in de kampong, Want zijn oudjes die waren lang dood. Zijn 'meid' was getrouwd met een ander, Dus verbroken was elke band, Toch zingt hij nog bij de herinn'ring, Aan zijn ouwetjes, zijn meid en zijn land!
[str. 2 en 3 uit schrift 25]
De melodie is afkomstig van het lied Gefangen in maurischer Wüste/ Liegt ein sterbender Fremdenlegionär (circa 1900), met als refrein: Teure Schwalben aus Frankreichs grünen Auen Bringt mir den Gruß aus fernem Heimatland, Ach wär's mir doch vergönnt die Heimatflur zu schauen, Bringt mir ein' Gruß aus fernem Heimatland, Bringt mir ein' Gruß, ein' Gruß aus fernem Heimatland.
| |
|
Dames Dings: opnamebestand (Anna van Gog - Dings en Jeannette van der Putten - Dings)
|
[1991-1999]
|
|
|
|
|
|