|
|
Kirie god is gecomen in aertrijck tonser vromen des willen wij allen tijden verblijden eleijson
Kirie god is geboren van een maecht vuijtuercoren daer bij zijn wij ontbonden van sonden eleijson
Kirie god moet beheren de sondaer ende leeren dat hij zijn quade leuen begeuen eleijson
Christe medicine onser pijne om onse noot bleeff hij doet eleijson
Christe soon des vaders onse berader int goede werck maect ons sterck eleijson
Christe onse broeder ende behoeder en begeeft ons niet [212v] int verdriet eleijson
Kirie wij zijn ontlopen den viant inder doopen nu helpt ons ontgaen zijn geuangenis eleijson
Kirie god moet behoeden in sijen dienst die goeden dat zij dat erue verweruen eleijson
Kirie god vader zone heilgen geest drie personen god laet ons altijt louen hier bouen eleijson | |
|
Graduale Ecclesiae Romanae
|
1571
|
Amsterdam UB: I C 17 |
f211v |
|
Johan Oosterman, naar bron, diplomatisch. |
|
© 2024 KNAW/Meertens Instituut