Home     Content     Browsing     Search Tips     FAQs     Progress     Disclaimer     Meertens Institute         dutch


Dutch Song Database


Hier volcht nu een liedeken om // den leser een weynich te verposen/ op // de wijse Venus der minne // Goddinne.

Ick danck u Heer/ in stee van clagen
Den smaat die my in desen daagen
Op comt naar v behaagen
Is goet te dragen.

Ick heb het quaat toch niet bedreeuen
Dat sy my fenijnich na geeuen
Twelck my doet sonder beeuen
In vreuchden leuen.

O Heer ghy kent al mijn gedachten
Ick heb v lief wt al mijn crachten
En oock al die geslachten
Die my verachten.

Want ick denck dat sy niet en weten
Dat sy voor tgoet weer quaat wtmeeten
In blintheyt zijnse geseten
Tquaat sy goet heeten.

Daarom dat ick noch meedelijden
Met haar moet hebben in dees tijden
Mocht haar gena geschieden
Tsoud' mij verblijden.

Ist muegelick O Heer der Heeren
Wilt toch haar hart tot v bekeeren
Laat uwen geest haar leeren
U recht te eeren.

Want sy eeren v niet te rechte
Haar wterlick werck is te slechte
Daar sy nu dus om vechten
Als Babels knechten

Prince Godt bewijst v weldaden
Toont mijn vyanden v genaden
Wilt haar van haar schult ontladen
Die my versmaden.

Le Canu Robbertsz., Robbert, Onder verbeteringhe. De slincker vluegel van Robert Robertz
1596
Amsterdam UB: OK 65-2741
fD5v

Martine de Bruin, naar bron, diplomatisch