|
Och moeder zei zij moeder Nu geef mij goede raad |
Een meisje vraagt aan een schipper haar naar Keulen te brengen. Daar vindt ze haar moeder, die ze om raad vraagt. Het gaat om een landsknecht, die haar liefheeft. Haar moeder raadt haar aan hem te laten lopen. Het meisje heeft hem echter liever dan al "mijns vaders goet". Dan volgt ze de landsknecht. Het meisje vindt dat haar eigen kleding niet goed genoeg en wil nieuwe. Dat gaat niet omdat haar vader zijn geld verdronken en verdobbeld heeft. Het meisje beklaagt zich dat ze zijn dochter is. Ze wil drinken uit de fontein in haars vaders tuin, zodat haar treuren gedaan zal zijn. In die tuin - met nootmuskaat en kruidnagelen - vliegt een duifje, dat niet mag verklappen wat twee geliefden daar doen. Als beloning zal zij een kindje krijgen met nieuwjaar. Als het een meisje is, zal het een hoofddeksel leren breien, een jongetje zal een zijden hoofddeksel leren schieten. Van onderhavig lied zijn twee 16e-eeuwse en twee 17e-eeuwse versies bekend. De versie in het Antwerps Liedboek (1544) begint bij de dialoog tussen moeder en dochter, waarbij de proloog over de schipper is weggelaten. Het lied bestaat in alle versies uit verschillende zwerfstrofen.
|
|
beginregel auteur | titel bron |
wijsaanduiding standaardnaam melodie strofeschema |
muz. mp3 scan
|
|
|
|
Och moeder seyde si moeder / Nu geeft mi goeden raet
|
[geen wijsaanduiding]  
|
|
Vanden Lantsknecht |
Naar oostland wil ik varen
|
|
AntwLb1544 (1544), f72v
[nr. 129]
|
.3a.3B.3c.3B
|
|
|
|
|
Och schipper sey sy schipper / wilt gy voerdienen loen
|
Alst begint  
|
|
|
|
|
HsLdGA Ga1474 ([1590 ca.] [na 1594]), f55r
[nr. 48]
|
.3a.3B.3c.3B
|
txt
|
|
|
|
Och Moeder syde zy Moeder / Nu gheeft my goeden raet
|
[geen wijsaanduiding]  
|
|
Een oudt Liedeken |
|
|
AmoureuzeL1613 ([1613+]), p109
[nr. 71]
|
.3a.3B.3c.3B
|
|
|
|
|
Het voer een Schipper Laveere, / Laveeren al om [...]
|
[geen wijsaanduiding]  
|
|
Modde van Gompen al Spinnende, en Singende uyt |
Naar oostland wil ik varen
|
|
Boelens OT1648 (1648), fA5v
[nr. 1]
|
.3a.3B.4c.2d 3e 3e 4f.3B
|
|
|
|
|
'Och moeder, seide si, moeder! / nu gheeft mi [...]
|
[geen wijsaanduiding]  
|
|
Nr. 70. Der Landsknecht ist mir lieber |
|
|
HoraeBelgicae NVl1856 (1856), p162
[nr. 73]
|
|
|
|
|
|
Och moeder seyde si, moeder / nu geeft mi goeden raet
|
[geen wijsaanduiding]  
|
  |
216. "Och moeder" seyde si, "moeder" |
Och moeder zei zij moeder
|
|
Van Duyse (1903-1908), I, p790
[nr. 368]
|
|
|
|
|
|
Och moeder zey sy, moeder / sy moeten mijn geven raet
|
 
|
|
[216] |
|
|
Van Duyse (1903-1908), I, p791
[nr. 369]
|
|
|
|
|
|
"Och moeder." zeide si. moeder, / nu geeft mi [...]
|
Vlaams volkslied  
|
  |
HET MEISJE EN DE LANSKNECHT |
Och moeder zei zij moeder
|
|
Wolsey JanPierewiet1936 ([1933-1939]), p128
[nr. 95]
|
|
|
|
|
|
"Och moeder," zeide zij, "moeder, / Nu geeft mij [...]
|
[geen wijsaanduiding]  
|
  |
OCH MOEDER, ZEIDE ZIJ, MOEDER |
Och moeder zei zij moeder
|
|
Pollmann BB1938 ([1938]), p60
[nr. 32]
|
|
|
|