lied: | | | |
| titel: | TREURZANG van eenen Zeeman aan zijne vrouw en kinderen, bij het vergaan van zijn schip in den jongsten storm |
|
beginregel: |
[Vaarwel mijn dierbre vrouw! ons schip zit op de klippen / Wij zijn in doodsgevaar en kunnen niet ontglippen]
|
alle liederen met deze tekst
|
| tekstnorm: | Vaarwel mijn dierbare vrouw ons schip zit op de klippen Wij
|
(4 liederen)
|
| aantal strofen: | 8 |
| muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
| beschikbaar: |
scan |
| commentaar:
|
Incomplete beschrijving. Beginregel overgenomen van andere vindplaats van dit lied.
Aantal strofen is discutabel. Lied kent geen strofescheiding. Refrein komt elke vierde regel (met uitzondering van tweede strofe, daar de derde versregel) en beschouw ik daarom als laatste versregel van een strofe.
|
| recordnummer: | 60091 |
bron: |
| siglum: | Lbl Meertens 35206
([1870 ca.])
|
| titel: | De Bloemenverkoopster |
|
pagina: |
p7
(liednummer 5) |
| gebruikt ex.: | Amsterdam Meertens: Lbl Meertens 35206 |
| beschikbaar: | scan van de gehele bron (geheugen.delpher.nl) |
|
