commentaar:
|
Bron: Vaderlandsche historie vervattende de geschiedenissen der Vereenigde Nederlanden, [...] ten vervolge van Wagenaars Vaderlansche historie, deel 22 (Amsterdam, Joh. Allart, 1799), p88 (over een voorval in Groningen in 1787): "Dit gaf gelegenheid tot een vrolyke zamenkomst, in de Herberg het Gouden Hoofd, waar het Muzyk veel volks in 't begin van den nagt lokte. Goed en afkeuring bejegende dit bedryf. De te dier dage beminde volksdeun: Al is ons Prinsje nog zo klein; egter zal hy Stadhouder zyn, werd beantwoord door den tegenzang der Partye: Al is de Prins ook nog zoo groot; egter zal hy in de sloot. Hier uit rees zulk eene gisting in de gemoederen, dat de Oranjeparty de Herberg de Unie, waar de Societeit der Patriotten vergaderde, aan de groote Merkt staande, wilde uitroeijen."
|