lied: |   |   |   |
titel: | No. 34. Aria uit De Tooverfluit |
beginregel: |
Bij mannen, die vol liefde blaken, / Vindt men meestal een goedig hart
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Bij mannen die voor liefde blaken Vindt men doorgaans een
|
(9 liederen & extra informatie)
|
aantal strofen: | 1 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
genre: | liefdeslied / loflied (wereldlijk) |
trefwoord: | liefde / mannen / vrouwen / plichten / aria / echtverband |
  | |
melodienaam: |
|
|
strofeschema:
|
. . . . . . . . . . . . . .
4a 4B 4a 4B 4C 4C 4d 4E 4d 4E 4F 4F 4F 4F | alle liederen met deze vorm (alle liederen) |
|
verstal:
|
14
|
commentaar:
|
De 6e, 12e en 13e versregels worden herhaald.
|
recordnummer: | 166786 |
bron: |
siglum: | NiVerzGezelsld1835
(1835)
|
titel: | Nieuwe Verzameling van GEZELSCHAPS-LIEDEREN. Bijeenvergaderd ten dienste van den [...] |
pagina: |
p31
(liednummer 34) |
beschikbaar: | scan van de gehele bron (books.google.nl) scan van de gehele bron (books.google.nl) |
|