lied: |   |   |   |
auteur: | Schabaelje, Jan Philipsz] |
|
titel: | Het negen-en-tseventighste Liedt, Teghen 't lichtveerdigh Oordeel |
beginregel: |
Die hier wil staende blijven, / En vord'ren meer en meer
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Die hier wil staande blijven En vorderen meer en meer
|
(3 liederen)
|
aantal strofen: | 14 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
link (full text): | tekst |
genre: | vermaanlied (geestelijk) |
trefwoord: | dwalende mensen / lichtvaardig oordeel / medemens niet veroordelen / behulpzaam zijn |
  | |
melodienaam: |
|
|
strofeschema:
|
. . . . . . . .
3a 3B 3a 3B 3B 3c 3c 3B | alle liederen met deze vorm (alle liederen) |
|
verstal:
|
8
|
commentaar:
|
Identificatie auteur o.g.v. Visser, Broeders 2 p280-1. Norm bepaald op grond van strofevorm en N.V.A. 'Ghy Memelijckers met namen' (o.m. Ryper Lb 1657, p300) heeft als wijsaanduiding 'Gods glorie en heerlijkheid' =Souterliedekens1540a 018 ='Ik had een gestadig minnetje'.
|
recordnummer: | 5045 |
bron: |
siglum: | GeestBloem1637
(1637)
|
titel: | 't Gheestelijck BLOEM-HOFKEN, Beplant met veel lieflijcke Bloemkens, van verscheyden [...] |
pagina: |
p489]
(liednummer 79) |
gebruikt ex.: | Den Haag KB: 174 H 25 |
beschikbaar: | scan van de gehele bron (books.google.nl) scan van de gehele bron (search.proquest.com) |
link (full text): | tekst van de gehele bron |
|