lied: |   |   |   |
titel: | Een oudt liedeken |
beginregel: |
Gheldeloos ghi doet mi pijn. / Al mijn vruecht doet ghi verdroogen
|
alle liederen met deze tekst 
|
tekstnorm: | Geldeloos gij doet mij pijn Al mijn vreugde doet gij
|
(16 liederen)
|
aantal strofen: | 8 |
muziek: |
zonder muzieknotatie |
|
link (full text): | tekst |
genre: | klaaglied (wereldlijk) |
trefwoord: | Walem / geldnood / drank / eten / taveerne |
korte inhoud: | De zanger beklaagt zich over het feit dat hij geen geld meer heeft om van te leven. Voorheen vermaakte hij zich met de 'goey ghesellen' in de taveerne, maar nu durft hij zich aan hen niet meer te vertonen. |
  | |
melodienamen (2): |
wijsaanduiding: | standaardnaam melodie: | alle liederen op deze melodie | [geen wijsaanduiding] | Geldeloos gij doet mij pijn | (11 liederen) | [ELDERS:] alsoot beghint | Geldeloos gij doet mij pijn | (11 liederen) |
|
|
strofeschema:
|
|
verstal:
|
4
|
commentaar:
|
=Van Duyse II, 1066. Zie Van Duyse II, 1066 en Ten Brinke 1992, 56 voor twee verschillende melodieën. NB: de superius van de melodie waarvan Ten Brinke de tenor geeft is niet dezelfde als die in Van Duyse (afkomstig uit 'Livre septième', 1613). Wijsaanduiding ELDERS in AntwLbFragmB 007.
|
recordnummer: | 1647 |
bron: |
siglum: | AntwLb1544
(1544)
|
titel: | Een schoon Liedekens. Boeck inden welcken ghy in vinden sult. Veelderhande [...] |
pagina: |
f29v
(liednummer 51) |
gebruikt ex.: | Wolfenbüttel Herzog August Bibliothek: A: 236.5 Poet |
editie: | Joldersma 1982, I 58 en II 94 / Van der Poel 2004a, I 114 en II 137 / Van Duyse, II, 1066 | |
link (full text): | tekst van de gehele bron |
|